De trots van de Elvis Presley Luchtvloot is 25 jaar ‘thuis’
FLYING GRACELAND
Je zou het die prachtige witte vogel niet aangeven, maar de Lisa Marie is dit jaar alweer 25 jaar ‘thuis’, in Graceland..Het duurde nog tot 1984 eer de de Convair 880 met 4 motoren via Elvis Presley Boulevard tot aan Graceland getaxied werd, maar in 1983 – precies 25 jaar geleden – werd de deal formeel op papier gezet. Omdat we zelden verjaardagen laten voorbijgaan, richten we de spots dan ook op de trots van de Elvis Presley luchtvloot, de Lisa Marie.
Even wat achtergrondgeschiedenis. Het allereerste prototype van de Convair 88 werd op papier ‘Model 22’ genoemd, en maakte z’n eerste vlucht op 27 januari 1959. Na het wegwerken van enkele kleine onvolmaaktheden, nam het Amerikaanse luchtvaartbedrijf Delta een jaar later, in mei 1960, de eerste Convair 880 in dienst. Het viermotorige toestel viel vooral op door de enorme rookpluimen die het achterliet. Milieunormen en vergunningen werden toen nog iéts makkelijker geïnterpreteerd dan nu.
De Lisa Marie werd op 22 oktober 1961 afgeleverd bij Delta. Vier dagen later al, de 26ste, kreeg het toestel z’n luchtdoop. Zonder passagiers weliswaar, zoals dat gebruikelijk is bij elk nieuw geleverd vliegtuig. De Delta-aankoopdirectie was tevreden: het toestel beantwoordde perfect aan de hoge verwachtingen. Na een grondige schilderbeurt, werd “Convair 880 – nummer 9” op 3 november 1961 gedoopt met een eerste commerciële binnenlandse vlucht. Overigens verwijst de “9” in de originele roepnaam naar de 9de levering van dit type vliegtuig aan Delta. Het toestel werd vooral ingezet voor binnenlandse vluchten, al kon het perfect overzeese afstanden aan. Toevallig werd “nummer 9” – de latere Lisa Marie - ook gebruikt in een reclamecampagne voor Delta Airlines – dus làng voor het het meest gefotografeerde vliegtuig ter wereld zou worden.
Twaalf jaar nadat het toestel in gebruik was genomen, zette Delta het voormalige pronkstuk echter in de etalage. De vliegtuigmaatschappij had immers net een belangrijke deal gesloten met vliegtuigbouwer Boeing voor de levering van 25 hypermoderne (en grotere) vliegtuigen. De koop werd deels in geld, en deels in de overdracht van oude vliegtuigen geregeld. En zo kwam het dat de “Convair 880 – nummer 9, dus de “Lisa Marie” op 10 januari 1974 officieel eigendom werd van Boeing. Op dat moment had “nummer 9” al 40.270 vlieguren op de teller staan. Ter vergelijking: een enkel vlucht Schiphol-Memphis duurt ongeveer 10 uur.
Niet dat Boeing het toestel opnieuw wou gebruiken: de Convairs 880 bleken zware brandstofslurpers te zijn, wat zeker in de oliecrisis van begin jaren ’70 een nadeel was. Boeing vond er dan ook niet beter op om het toestel aan privé-eigenaars door te verkopen. Vooral grote bedrijven werden benaderd met voorstellen, maar niemand had interesse voor “nummer 9”. Na 16 maanden op stal gestaan te hebben, maakte Boeing uiteindelijk een overeenkomst met een zekere Nigel Winfield, die vliegtuigverkoper van beroep was. Winfield had wél een klant gevonden: Joe Esposito, die met het checkboekje van Elvis Presley op vliegtuigenjacht was. Hoe slim die Winfield wel was, blijkt uit de boorddocumenten: op 17 april 1975 kocht hij het toestel aan, amper één dag later - op 18 april 1975 - verkocht hij het aan Elvis, voor 750.000 dollar.
Elvis was letterlijk in de wolken met de aankoop. Geldgebrek had hij niet: dankzij een eenmalige deal met RCA, waarbij hij alle rechten van zijn opnames van vóór 1973 verkocht, en door een goedgevulde concertagenda, sloot hij 1975 af met meer dan 5 miljoen dollar netto jaarinkomen. Genoeg geld dus, om het hele toestel te strippen en een comfortabeler kleedje aan te trekken: er kwam een kingsize bed, vergaderzaal, badkamer met 14 karaats gouden kranen, een satelliettelefoon, twee TV-toestellen, een salon en een VIP-lounche. De ‘verbeterwerken’ zouden nog eens 800.000 dollar kosten. Terwijl het toestel jarenlang 150 mensen had vervoerd, bood het na de aanpassingen amper nog plaats aan 28 man. Elvis had één voorwaarde: op de staart van zijn nieuwe aanwinst moest een gouden TCB-logo prijken.
In november 1975 gebruikte Elvis het toestel voor het eerst: de tocht verliep vlekkeloos en Elvis kon z’n geluk niet op: een eigen vliegtuig was als een ultieme jongensdroom die uitgekomen was. Overigens had het kingsize bed óók een riem. Niet uit veiligheidsoverwegingen, maar de Amerikaanse wet zegt nu eenmaal dat elke zetel aan boord van een vliegtuig een riem moet hebben. En een bed is, technisch gesproken dan, ook een zetel.
Hetzelfde jaar, stuurde Elvis z’n peperdure toestel naar Dallas, om er cheeseburgers op te halen – een grap die aan brandstof alleen al 25.000 dollar kostte. Het gebeurde wel vaker dat Elvis het vliegtuig voor privé-uitstapjes inzette. Eén van de piloten (die 24 uur stand-by waren), Ron Strauss, herinnert zich nog dat hij het vliegtuig richting Las Vegas stuurde, enkel omdat Elvis zin had in een nieuwe Cadillac – hij kocht er die avond 5. De Lisa Marie vloog ook op Hawaii voor vakantie-uitstapjes, en meer dan eens ‘leende’ Elvis het toestel uit aan bevriende entertainers, die enkel konden dromen van zoveel luxe. En toen Lisa Marie 9 werd, vierde ze haar verjaardag aan boord van het immense toestel dat haar naam droeg.
Elvis zou de Lisa Marie voor het laatst gebruiken op 26 juni 1977, na een concert in Indianapolis. Priscilla was de allerlaatste ‘Presley’ die de Lisa Marie zou gebruiken, toen ze hoorde van zijn overlijden.
Na 16 augustus 1977, had Vernon geen andere keuze dan het toestel te verkopen. Hijzelf gebruikte het niet, en zonder duur onderhoud zou het toestel na enkele jaren enkel nog goed zijn voor de schroothoop. In overleg met zijn financieel adviseurs, zette Vernon de nieuwe prijs op 3,9 miljoen dollar. Uiteindelijk betaalde de nieuwe eigenaars er minder dan de helft van die prijs voor – al is het exacte bedrag nooit bekendgemaakt. Opvallend is dat de Lisa Marie niet overschilderd werd, en dat alle verwijzingen naar Elvis bleven – inclusief de gouden TCB op de staart, het kingsize bed en het luxueuze interieur. De Lisa Marie werd na de verkoop ook ingezet voor trans-Atlantische vluchten, en landde ondermeer in Frankrijk (Parijs) en Zwitserland (Geneve). Op 20 september 1980 maakte de Lisa Marie z’n laatste officiële vlucht, en werd het ‘uit de lucht’ genomen, zoals dat heet. Pas 3 jaar later, keerde het toestel naar de luchthaven van Memphis, om er in 1984 een definitieve staanplaats te krijgen, rechtover Graceland.
Vliegen doet de Lisa Marie nooit meer. Om het doorzakken van de immense vleugels te voorkomen, werden de 4 motoren weggehaald (één ervan werd aan een technische school geschonken als studiemateriaal). Ook de bekabeling werd verwijderd, om de romp zo licht mogelijk te maken.
Nog dit: de Lisa Marie is niet het enige vliegtuig dat uit de 880-reeks overgebleven is. De laatste vlucht van dit type, vond in het jaar 2000 plaats. Toestel nummer 58 doet overigens nog steeds dienst… als restaurant in Zuid-Afrika.
|