Nederlandse vertaling Gospel-boek van Joe Moscheo is klaar
“Een ongelooflijke eer”
15 en 16 maart worden heel bijzondere data in de agenda van Imperials-baszanger Joe Moscheo. Dat weekend stelt hij de Nederlandse vertaling van “The Gospel Side of Elvis” voor – waarop u van ganser harte uitgenodigd bent. Het wordt de eerste vertaling van zijn bestseller. Later volgen nog een Zweedse en een Italiaanse versie. Kortom: deze “Gospel-bijbel” ontbreekt straks in geen enkele Elvis-collectie, en ù bent de eerste die een vertaald boek kan hebben. Voor die gelegenheid zakt Joe speciaal af naar Turnhout en Veldhoven. Kwestie van de man àchter het boek te kunnen ontmoeten, en je unieke boek meteen te laten signeren. Bovendien zorgt ElvisMatters voor een extra verrassing…!
Hi Joe – je boek wordt vertaald in het Nederlands. Doet je dat wat?
Heel zeker. Wat een ongelooflijke eer. Toen ik aan het boek schreef, had ik nooit gedacht dat het zo’n impact zou hebben. Het is één van de bestverkopende boeken van 2007 geworden, en dat wil wat zeggen. Ik ben vooral blij dat steeds meer fans de Gospel-kant van Elvis ontdekken. Eerst was er de video en DVD, nadien de dubbel-CD, en nu het boek in het Nederlands. Fantastisch is dat. Als schrijver kan ik me geen mooier cadeau indenken.
Wat me vooral opviel in het boek, is dat je Elvis omschrijft als de beste Gospel-zanger ooit. Terwijl hij toch het bekendst is van rock ‘n’ roll nummers, en de grote Vegas-shows.
Dat was één aspect van Elvis. Maar ik heb het voorrecht gehad om Elvis ook anders te leren kennen. Niemand – en ik bedoel echt niémand – kon Gospels zingen met het gevoel dat Elvis erin legde. Ik ben opgegroeid met en tussen gospels, maar ook binnen die wereld en voor vele andere artiesten staat Elvis helemaal bovenaan.
Laten we misschien beginnen met het begin. Je naam klinkt Italiaans, maar je woont in Nashville…
Ik ben geboren in Upstate New York, ten noorden van New York City. Mijn familie is van Italiaanse afkomst, zij zijn van Sicilië overgekomen en ik ben in New York geboren. Ik ben Christelijk opgevoed en toen ik op college zat, speelde ik piano bij een gospelkwartet. Dat was mijn eerste contact met gospelmuziek. Daarna was ik lid van verschillende groepen die full-time zongen, hierdoor stopte ik mijn studies om met die professionele gospelgroepen te touren. Ik kwam in 1964 bij The Imperials terecht. Eén van de eerste dingen die we deden waren enkele opname sessies voor RCA. Het was in die periode dat Elvis naar Nashville kwam om een gospel album op te nemen. Dat was meteen de start van onze werkrelatie. In 1969, toen hij zijn comeback in Las Vegas maakte, vroeg hij The Imperials als backing vocals. Natuurlijk zeiden we ja!
Kan je wat vertellen over de achtergrond van The Imperials?
In de Verenigde Staten is gospelmuziek heel populair en er zijn dan ook honderden zanggroepen. Er bestaan kwartetten en trio’s, sommigen zelfs met een mix van mannen en vrouwen: dat zijn meestal familiegroepen... er zit zowat vanalles tussen. In de jaren vijftig zong er een groep op een radio show in Texas, gesponserd door The Imperial Sugar Company. Het kwartet werd steevast aangekondigd met ‘Here they are, the singers brought to you by the Imperial Sugar Company’. Na een tijdje werden ze kortweg The Imperial Quartet genoemd. In 1964, toen Jake Hess The New Imperials in Nashville oprichtte, noemde hij de groep Jake Hess and The Imperials. Jake Hess was één van Elvis’ favoriete zangers van The Statesman. Hij kende Jake heel goed en hield er van hem te horen zingen. Jake vormde dus zijn nieuwe groep, The Imperials, in 1964 en selecteerde ons allen om in de groep te komen. Hij werd echter ziek en moest de groep verlaten. Toen hij uit het kwartet stapte gingen wij met Elvis verder in 1969 met diezelfde naam.
The Imperials wonnen vele awards sinds hun debuut. Onder andere 4 Grammy Awards en 13 Dove Awards. Hoe verklaar je het succes?
We mogen ons gelukkig prijzen dat de mensen van onze muziek en sound houden. Ik denk dat zelfs vandaag, ondanks dat we een heel stuk ouder zijn, onze sound nog zeer stevig en anders klinkt. De stemmen individueel zijn niet zo heel bijzonder, maar als een groep klinkt het goed. Het lijkt er op dat we op die manier succes hebben. De arrangementen, het samensmelten van de stemmen, de manier waarop we op het podium staan... het zijn verschillende factoren. Maar ik denk dat het voornaamste punt de unieke sound is en de stevige basis die we vormen als backing vocals bij een andere zanger. Elvis noemde ons wel eens de ‘wall of sound’ achter hem. Dat is een zeer belangrijke uitspraak waar we trots op zijn. Dankzij al deze feiten hebben we wellicht al die awards gewonnen en we zijn er zeer gelukkig en dankbaar voor.
Elvis wou jullie bij hem op het podium omwille van jullie talent natuurlijk. Hoe kregen jullie de vraag om hem te vergezellen bij de aankomende concerten?
Het was in 1969 toen we naar het International Hotel in Las Vegas trokken. We kregen een telefoon van het kantoor van Colonel Parker, meer bepaald van zijn assistent Tom Diskin. Hij vertelde dat Elvis voor een maand ging optreden in Las Vegas en hij wou graag dat wij de backing vocals verzorgden. We waren enorm gevleid en verrast natuurlijk. We ontdekten wel dat Elvis eerst The Jordanaires had gevraagd, maar die konden niet omdat ze al een hele reeks opnamesessies in Nashville geboekt hadden. Daarom vroeg Elvis ons. Ik denk dat The Jordanaires het wel een beetje misbegrepen hadden en dachten dat dit een éénmalig gebeuren zou zijn en zich niet realiseerden dat dit het begin was van een nieuwe carrière. Wij zeiden ‘yes, we will do it’, en het veranderde onze levens en opende vele deuren voor ons. Tot de dag van vandaag plukken we de vruchten van onze samenwerking met Elvis. Het was een zeer belangrijke periode in onze carrière.
Wat zijn je herinneringen aan die concerten?
Goh, dat is een moeilijke vraag. Ik herinner me enorm veel dingen. Ik herinner me de repetities met Elvis, maar de beste herinnering is het openingsconcert. Het samenstellen en repeteren op het podium en alle voorbereidingen treffen is één ding. Maar het openingsconcert, als het gordijn opent en je ziet het publiek in de zaal en hun reactie als Elvis het podium op komt... Zijn voorkomen, zijn charisma en al de rest aan hem gaf zo een uitstraling dat ook wij door zijn verschijning werden gegrepen. Toen hij opkwam waren we zo onder de indruk dat we bijna vergaten te zingen! We waren zo opgewonden, het was een hele ervaring. Elke avond als de muziek startte, hij het podium op liep en naar ons keek, was als een droom. Het is een fantastische herinnering die ik nooit zal vergeten.
In één van de sessieboeken staat nochtans dat je zelf de openingsshow niet bijwoonde.
Klopt. Ik heb alle repetities meegemaakt, maar net vóór die allereerste show in juli ’69 overleed mijn eerste vrouw en diende ik af te zeggen. Na een week heb ik de groep weer vervoegd. Ik heb nog steeds een briefje van Elvis waarop hij schreef “We miss you pal”, en dat hou ik voor de rest van mijn leven bij. Het ligt samen met al mijn andere belangrijke Elvis-spullen, zoals de gouden TCB-ketting, in de kluis in de bank.
In 1970 maakte MGM een documentaire rond de shows in Las Vegas. De film werd bekend als That’s The Way It Is. Hoe was het om deel uit te maken van die film?
Voor ons was het makkelijk, maar ik denk dat het moeilijk was voor Elvis. De filmcrew had immers bepaalde verwachtingen. Het was haast of ze de show onderbraken met al hun camera’s en de dingen die ze wilden. We deden twee shows per avond, een ‘dinner show’ en een ‘midnight show’ en telkens draaiden de camera’s. Als ze een song gemist hadden in de eerste show, zouden ze het uit de volgende show halen en vroegen ze Elvis een bepaald nummer te brengen of een type jumpsuit aan te trekken omdat ze meer beelden nodig hadden. Het was een opwindende tijd en niet moeilijk voor ons, maar misschien zorgde het voor wat meer stress bij Elvis. Nu je de film bekijkt, realiseer je wat ze toen deden en beseften we voor het grootste deel niet eens dat de camera op ons gericht was. Het is een knappe documentaire en het is fijn om deel uit te maken van dat stukje muziekgeschiedenis.
In de documentaire zien we ook beelden van de repetities. In deze scènes, vooral tijdens het doornemen van Bridge over Troubled Water, lijkt het of Elvis de backing vocals instructies geeft. Was dat omdat de camera’s draaiden?
Nee, hij deed dat bij veel songs. Hij had steeds in zijn hoofd wat hij wou horen. Als hij niet hoorde wat hij in gedachten had keek hij onze richting uit en zong onze melodie op de manier hij het graag zou horen. Hij heeft nooit muzieklessen gevolgd, maar hij had een fantastisch gevoel voor de interpretatie van een song. Hij wist precies wat hij wou horen. Natuurlijk deden wat hij wou dat we zongen, en het eindresultaat was steeds fantastisch. De manier van de arrangementen en de uitvoering van Elvis deden je vergeten dat de song al door andere artiesten gebracht werd en dat is de manier waarop het moet gebeuren.
In 1971 werkte je samen met hem in de studio in Nashville. Deze sessies zorgden voor een aantal van zijn beste songs, met de nadruk op de gospel songs die later verschenen op het album ‘He Touched Me’ dat later een Grammy Award won. Hoe was het om met hem in de studio te werken en wat zijn je herinneringen aan die sessies?
Het album He Touched Me was zeer belangrijk voor ons. De songs die hierop gezongen werden, werden eerder gebruikt voor een Imperials album. Elvis luisterde als een student naar onze muziek. Hij luisterde en hij leerde. Hij kende van elke song elk arrangement voor elke stem. We zongen die songs voor hem of met hem in zijn suite in Vegas. Toen de tijd rijp was om een gospel album te maken, was het eigenlijk makkelijk omdat hij de liedjes reeds kende. Ik speelde op de piano bij A Thing Called Love. Hij hield er van om met een kwartet te zingen en voelde zich thuis in die setting. Hij hield van de songs, wij hielden van de repetities met hem en hij wou met onze groep zingen. Wij zorgden voor de arrangementen voor zes of zeven liedjes op het album. Dat waren songs van ons album. Haast hetzelfde, maar nu met Elvis er bij. Dat was zeer belangrijk voor ons, een fantastische ervaring en we hadden een schitterende tijd. Hij was bekend met de songs, hij hield van de muziek, dus de sessies verliepen heel vlot. Elvis had nooit veel geduld tijdens de sessies. Als hij de song niet goed vond, als het niet goed ging met de muzikanten of het duurde allemaal te lang, verloor hij zijn interesse en hij ging wat anders doen. Maar tijdens de opnamen voor He Touched Me was hij zeer aangenaam.
Tegen die tijd had hij al een aantal prachtige gospelsongs uitgebracht, waaronder de Grammy winnaars His Hand In Mine en How Great Thou Art. Hoe reageerde de gospelgemeenschap op het feit dat deze Rock and Roll zanger godsdienstige liederen bracht?
Ik denk dat er aanvankelijk gemengde reacties waren. In het begin, toen Elvis bekend raakte, hielden de kerken niet van zijn muziek en zijn uitstraling. Ze gingen er van uit dat hij het verkeerde imago verspreidde. Sterker nog, een aantal kerken preekten openlijk tegen hem. Maar naarmate zijn carrière evolueerde, werd het duidelijk dat hij zeer ernstig was over de gospelmuziek. Hij was natuurlijk een rockzanger, de King of Rock and Roll, maar ik weet zeker dat de gospelmuziek ook zeer belangrijk voor hem was. Nu dat al de kerken en gelovigen zijn opgegroeid met zijn muziek, weten ze hoe belangrijk het is. Zijn songs komen uit zijn hart en ik geloof dat omdat ze van zijn hart naar jouw hart gaan. Dat maakt zijn muziek zo belangrijk. Vandaag is hij nog altijd een heel grote naam in de Gospel-wereld.
Er zijn tal van verhalen over nachtelijke gospelsessies in zijn hotel suite na de shows. Heb je herinneringen aan die momenten?
Heel veel herinneringen. Wellicht zijn dat de dierbaarste herinneringen. Op die momenten was hij helemaal ontspannen, hij deed wat hij graag deed. Hij was niet ‘Elvis, de superster’ maar ‘Elvis, de vriend’. We stonden allen rond hem en zijn vrienden en we speelden op de piano en zongen gospelsongs. Hij wou nooit één van zijn hits of pop of rock and roll zingen, enkel gospel. We zongen de ene song na de andere voor twee of drie uur, soms vier uur. Tegen zijn vrienden zei hij dan: ‘Luister, luister naar de harmonie’, ‘Luister naar de harmonie, hoe je de muziek kan voelen’, ‘Luister hoe het je hart raakt’. Hij hield er van en dat is één van de beste herinneringen van die tijd.
Het is geen geheim dat Elvis diepgelovig was. Hij dacht vaak na over het geluk en het talent dat God hem gegeven had. Vaak had hij hierover ook lange gesprekken met mensen waarmee hij een connectie had. Had jij zulke gesprekken met hem?
Ja, we hebben vele van die gesprekken gevoerd. Hij was een zeer nieuwsgierig persoon. Het geloof dat zijn moeder hem bijbracht was zeer belangrijk voor hem. Iedereen bracht hem echter andere ideeën en religies aan om te bestuderen. We hadden vaak gesprekken over die religies, maar hij kwam altijd terecht bij de basis: de religie waar hij in zijn kerk mee is opgegroeid. Hij was zeer bescheiden: hij besefte niet hoe goed en belangrijk hij was. Ik denk dat hij wel wist dat hij een superster had en dat zijn job er uit bestond om ‘superster’ te zijn. Als hij het podium opkwam, was hij ‘Elvis, de superster’, maar als hij samen was met zijn vrienden was het ‘Elvis, de jongen van Tupelo’. Hij genoot natuurlijk van het succes, maar hij genoot er evenzeer van een gewone man te kunnen zijn, samen met zijn vrienden. Hij wou net zo goed rondhangen en plezier maken, grappen uithalen en naar het football kijken. Ik hield van die manier van doen. Hij kon van gewone man veranderen in superster eens hij het podium opkwam.
Hoe schat je de invloed van gospelmuziek in op zijn stijl van zingen?
Het is al vaak gezegd dat zijn stijl een mix was van gospel en rhythm and blues. Omdat hij in het Zuiden geboren was, had hij verschillende muzikale invloeden. Memphis was de thuishaven van de Blues en hij luisterde veel naar gospelmuziek, zelfs naar opera! Als hij zong, kon je zeggen dat zijn stem zeer krachtig was en zijn bereik was ongelofelijk. Hij kon zowel een hoog als laag bereik aan. Hij had veel invloeden van buitenaf, maar ik denk dat die van de gospel zeer belangrijk was. Hij nam veel over van de stijl en frasering, een aantal bewegingen, de manier van kleden en zelfs het kammen van zijn haren zoals sommige van de gospelgroepen. Zij droegen opvallende pakken en hadden hun haar stijl achterover. Dat was allemaal deel van de invloed. Maar hij bracht een nieuwe manier van uitvoering. Hij creëerde een eigen stijl, een eigen mode en vooral een eigen stijl van muziek. Hij had het...Hij maakte het beter dan het was.
Later, in 1972, verlieten The Imperials Elvis. Hoe kwam dat?
Er was een onenigheid met Colonel Parker. Toen we voor Elvis begonnen te werken, vroegen we niet veel geld. We wilden niet dat hij zou denken dat we te veel vroegen en ons daarom niet zou boeken. Een tijd later vroegen we opslag en enkele andere voordelen, maar de Colonel wou daar niets van weten. We vertelden hem dat indien we die dingen niet kregen, we de volgende keer niet maar naar Vegas zouden komen. De Colonel vertelde hierover niets tegen Elvis, tot Elvis op een dag belde en vroeg wat er aan de hand was. Hij hoorde dat we niet meer naar Vegas zouden komen. Ik vertelde dat dat klopte, dat we het niet meer konden doen. Hij was teleurgesteld maar hij kon er niets meer aan veranderen. De afspraak was dat de Colonel zich met de zaken bezig hield en Elvis met de muziek en de opvoering. Wij beveelden hem The Stamps aan, omdat we goed bevriend waren met ze. Het ging tussen The Stamps en The Oak Ridge Boys. Maar J.D. Sumner wou de job graag doen en Elvis herinnerde zich hem van The Blackwood Brothers in Memphis, dus koos hij voor The Stamps.
Hield je nog contact met Elvis?
Ik had nog regelmatig contact met hem. Ik denk niet dat de andere jongens nog zo veel contact hadden als ik. Ik was goed bevriend met hem en Priscilla en de familie en zo bleef er contact. Hij bleef steeds heel vriendelijk. We bleven vrienden tot het einde.
Wanneer zag je hem voor het laatst?
Dat was in Huntsville, Alabama in mei 1975. Hij deed daar een concert en ik wou het graag bijwonen. Ik nam een bijbel mee die ik hem graag wou geven. Hij voelde zich op dat moment niet zo goed en hij zag er ook niet zo best uit. Ik wou hem spreken en mijn bezorgdheid uiten. Ik vertelde hem ‘Zoek niet langer in elke richting naar een antwoord, alle antwoorden die je nodig hebt staan in deze bijbel. Lees er eens in, en schenk er aandacht aan.’ We gaven mekaar een knuffel en ik vertrok. Dat was de laatste keer dat ik hem zag.
Herinner je het moment dat je hoorde over zijn overlijden?
Natuurlijk. Ik werkte op dat moment voor een grote firma, BMI, in Nashville. Ik kreeg een telefoontje van een journalist van een lokale krant, een vriend van me. Hij vertelde me dat het nieuws van Elvis’ overlijden net binnenkwam op de redactie. Ik kon het niet geloven. Ik belde meteen naar Priscilla in Californië en ze vertelde me dat ze klaar stond om naar Memphis te vliegen en ze vroeg me ook te komen voor de begrafenis. Ik stapte in mijn auto en reed naar Memphis.
Hoe denk je over het ‘fenomeen’ Elvis dat vandaag de dag nog steeds leeft? Is het niet opmerkelijk hoe er steeds weer nieuwe en jonge mensen zijn songs ontdekken en appreciëren en hoe zijn fans alle merchandise blijven kopen?
Er zijn verschillende theorieën denk ik. The Imperials reizen over de hele wereld voor concerten en fanclub meetings en we werken nauw samen met Graceland tijdens de Elvis week in januari en augustus. Voor de 20ste herdenking kwamen we allemaal samen in het MidSouth Coloseum in Memphis, voor de 25ste herdenking waren we in The Pyramid. Tussenin hadden we veel optredens over de wereld. Het videoscherm concert ging namelijk op tournee, en wij maakten daar deel van uit. Het verwondert me keer op keer dat zoveel mensen Elvis nog steeds herinneren en in hem geïnteresseerd zijn. Ik denk dat dit ons allemaal een kans geeft om zijn nalatenschap verder te zetten en er blijvend aandacht op te vestigen wat een groot artiest en goed mens hij was. Op spiritueel niveau, is het een uitgelezen kans voor The Imperials op gospel muziek te zingen voor een breder publiek. Ik voel het aan alsof we verondersteld worden het zo te doen. We zingen onze muziek, we zingen gospelsongs en we brengen een boodschap aan de mensen, moedigen ze aan en we laten hun goed voelen met zichzelf. Ik denk ook dat dat is dat Elvis wou dat we doen. Het is onze verantwoordelijkheid om het in zijn naam over te brengen. Hij opende de deur en wij moeten er van gebruik maken om door die deur te stappen. We voelen de verantwoordelijkheid om dat te doen. Ik vind het ongelofelijk dat zijn muziek nog steeds in de gedachten van zoveel mensen leeft en dat zijn muziek wereldwijd via radio, tv, satelliet en films te horen is. In de harten van de mensen is hij nooit gestorven: het is daar dat hij verder leeft. Wij zijn z’n apostelen, trekken er op uit om zijn boodschap te verkondigen waar we komen. Ik denk dat dat ook een belangrijke taak is en we zijn dankbaar voor die kans.
Je was co-producer voor de documentaire ‘He Touched Me’: The Gospel Music of Elvis Presley. We mogen gerust stellen dat dit de ultieme documentaire is over zijn liefde voor gospelmuziek. Nu heb je daarnaast ook het boek ‘The Gospel Side Of Elvis’ geschreven. Mogen we het boek als een aanvulling op de film zien?
Ja, dat klopt. Ik heb de documentaire vaak gebruikt als leidraad tijdens het schrijven van het boek. Ik vond dat het belangrijk was om neer te schrijven hoe ik er over dacht, hoe ik in dit geheel pas maar vooral, om aan te tonen hoe belangrijk gospelmuziek voor Elvis was. Ik dacht dat andere mensen, zoals Gordon Stoker van The Jordanaires, iets zouden schrijven. Of J.D. Sumner als hij nog zou leven. Maar niemand bleek de pen in de hand te nemen, dus nam ik de gelegenheid om het te doen en ik ben blij dat ik het gedaan heb. Mijn boek was in 2007 het best verkopende boek over Elvis. Het heeft een heel aantal mensen bereikt en daar ben ik dankbaar voor! kijk vooral uit naar maart, wanneer ik het boek écht kan promoten in Nederland en België.
The Imperials touren tegenwoordig rond. Naast jezelf zijn ook Sherman Andrus en Terry Blackwood terug samen. Hoe voelt het om zo een lange en beloonde carrière te hebben?
Ik werk samen met Terry sinds 1970 en Sherman kwam erbij in 1972. We zijn goede vrienden, we hebben dezelfde achtergrond en we genieten er van om samen te zijn. We hebben nooit een discussie. We staan zeer dicht bij mekaar. Maar het voornaamste is dat wanneer we op het podium staan, alles in mekaar valt. Het lijkt er op dat het voorbestemd is om zo te zijn. We houden er van om samen te zijn en samen te zingen en het lijkt er op dat het publiek er ook van geniet.
Je bent onlangs opgenomen in de Gospel Hall Of Fame. Hoe voelt dat?
Wow...weet je...The Imperials zijn als groep opgenomen in 1998. Ikzelf ben in 2007 opgenomen voor mijn bijdrage aan de gospelmuziek en omdat ik al 35 jaar in het bestuur van de Gospel Music Association zetel. Het was een eer en verrassing voor mij om die erkenning te krijgen. Ik heb mijn leven gegeven aan de gospelmuziek en getracht dit over te brengen aan zoveel mogelijk mensen. Om daarvoor erkend te worden is een prachtige ervaring. Mijn hele familie was erbij. Het was een prachtige gelegenheid en ik ben blij dat zij er ook waren. Ik grap soms dat mijn dokter de organisatie verteld heeft dat ik ging sterven en dat ze me daarom toch maar de award gaven.
Om af te sluiten, waar ben je op dit moment mee bezig en wat zijn je toekomstplannen?
Ik ben er 71. Ik voel me geen oude man, maar merk wel dat het tijd wordt om het een beetje kalmer aan te doen. Ik had een job bij een grote internationale firma de afgelopen zes jaar, maar ben daar inmiddels op rust gegaan. Ik zal wel nog blijven zingen met The Imperials. We zullen in 2008 veel reizen. We hebben al een heel aantal Europese data gepland. Ik ben ook bezig met het schrijven van een volgend boek. Deze keer niet over Elvis, maar over een ander project waar ik mee bezig ben. Ik hou er van om te schilderen, dus probeer ik dat dit jaar ook veel te doen en ik zou graag wat tijd doorbrengen met mijn familie in Italië. Ik zou graag naar mijn thuisbasis Sicilië terugkeren. Wellicht blijf ik er dan een maand of twee. Ik zal in elk geval de dingen die ik graag doe blijven doen!
Héél veel succes, Joe.
|